Dit weekend hebben Ferry en ik hard gewerkt om de boot klaar te krijgen om de loods binnen te gaan. We moesten dus zorgen dat al het groffe (borstel-) werk was gedaan. We hoefden 'alleen nog' het onderwaterschip aan te pakken, het gedeelte dat normaal dus onder water zit. In eerste instantie zou het een kwestie zijn van enkele roestplekken weghalen en daarna alvast een laag blackbottom (soort onderwaterverf) erop smeren. Helaas was de boot van onderen vrij vies nog, dus we moesten toch nog de hele onderkant borstelen om het vuil eraf te krijgen en uiteraard was er iets meer roest en losse verf dan verwacht. Dat hadden we kunnen verwachten ;)
Zaterdag zijn we een heel eind gekomen. Eerst hebben we nog het motorruim bekeken die Ferry vorige week zo mooi in de primer heeft gezet. We zijn daarna beiden aan één uiteinde van de boot begonnen; Ferry aan de achterkant en het roer en ik aan de voorkant. Het lijkt weinig werk, maar het is bepaald niet gemakkelijk om onder de boot een lomp apparaat in bedwang te houden. Daarbij zorgde de nodige bescherming wederom ervoor dat ik soms erg weinig zag. Daardoor heb ik veel plekken opnieuw moeten nalopen, want veel zag ik over het hoofd omdat mijn bril vaak helemaal beslagen was. Het was rotwerk, maar toen we die avond naar huis gingen, hadden we alleen het stuk tussen de steunen nog niet gedaan.